NIEUWS

Houten menora stelt de Dordtse
Harrie Teunissen voor een raadsel

Houten menora

Dordtenaar Harrie Teunissen heeft op de website van ‘Joods Erfgoed Rotterdam’ een oproep geplaatst, waarmee hij meer informatie hoopt te achterhalen over een houten menora die hij heeft gekocht bij een Dordtse antiquair. De menora is te groot (108 cm hoog bij 97 cm breed) om van een particulier te zijn geweest, meent hij. Komt dit “fraaie voorwerp” misschien uit een Nederlandse synagoge?

Kaarten
Harrie Teunissen, afkomstig uit Leiden, is een vrij nieuwe Dordtenaar. In 2021 ontwierp hij een tentoonstelling over de relatie tussen Dordrecht en Sobibor, die van 1 oktober tot en met 30 november te zien was in de hal van het Stadskantoor. In totaal 44 joodse Dordtenaren zijn in dit Duitse vernietigingskamp in Oost-Polen omgebracht. Teunissen verzamelt daarnaast al decennia kaarten van concentratiekampen, getto’s en andere materiaal over de Holocaust en de Tweede Wereldoorlog.
        Over de menora die hij nu probeert thuis te brengen, meldt hij dat hij deze zevenarmige art deco-kandelaber “vrij recent voor een vriendenprijs” heeft gekocht bij een Dordtse antiquair en heeft laten opknappen. Over de herkomst is hij nog niet veel te weten gekomen. “Het lijkt wel zoeken naar een speld in een hooiberg.”
        Het weinige dat Teunissen weet is dat de beukenhouten menora met geel- en roodkoperen onderdelen in Dordrecht was beland via een boedel-inkoper. “Waar die ’t weer vandaag heeft, lijkt vooralsnog niet te achterhalen. Mocht zich geen rechtmatige eigenaar melden of op te sporen zijn”, dan weet Teunissen er wel een bestemming voor, in Dordrecht. Voorlopig blijft de menora – “een prachtige uit de Haagse School” − in de woonkamer staan van hem en zijn partner John Steegh.

Interieurfoto’s
Teunissen kan zich “niet goed voorstellen dat de menora oorspronkelijk afkomstig is uit een woonhuis”. “Aanvankelijk dacht ik dat hij misschien in de oorlog verborgen is vanuit een Nederlandse synagoge. Daarom heb ik op internet vele oude interieurfoto’s van Nederlandse synagoges nagekeken. Daarop staan wel regelmatig negenarmige chanoekia’s (behalve in de Botersloot Synagoge van Rotterdam). De zevenarmige menora had een rituele betekenis in de tempeldienst (vgl. Exodus 25: 31-40 en 26: 35).”
        “Inmiddels”, vervolgt hij, “ben ik echter gestuit op de discussie in het Talmoedtractaat Rosj Hasjana 24b, waar tannaiem zich keren tegen het maken van een (zelfs houten) menora buiten de tempel. Voor orthodoxe joden zou dan het gebruik van de zevenarmige tempel-menora (behalve als twee-dimensionele afbeelding), zeker in de synagoge, taboe zijn. Zou daarom zo’n grote menora eerder gebruikt kunnen zijn op bijeenkomsten van zionisten of in vergaderruimtes van meer seculiere Joodse verenigingen? Daarvan ben ik nu foto’s aan het bekijken.”
        Vooralsnog is Teunissen er nog niet in geslaagd de herkomst van deze menora sluitend te duiden. “Of het gaat lukken, weet ik niet.” Ook de oproep op de website ‘Joods Erfgoed Rotterdam’ heeft hem niet verder geholpen.