Het voorbije joodse dordrecht
Legendarische arrestatiefoto heeft
te maken met een Dordtse familie
* Foto opgedoken van neef en nicht van Willem Hemelraad
Twee omslagen met als illustratie de foto die de fotograaf Bart de Kok op woensdag 8 juli 1042 maakte op de postzegelmarkt aan de N.Z. Voorburgwal in Amsterdam. Het eerste boek is in 2009 gepubliceerd door Uitgeverij Balans, het andere in 2010 als paperback door Muntinga Pockets. |
Na tachtig jaar is hij geïdentificeerd: de postzegelman.
In 2002 publiceerde de journalist en historicus Ad van Liempt (1949) het ontluisterende boek Kopgeld, over hoe Nederlandse premiejagers op zoek gingen naar joden en er tussen de 8000 en 9000 wisten op te sporen. Voor iedere ingeleverde jood beurden ze zeven gulden vijftig.
Op de omslag staat een foto van een joodse man, zichtbaar de davidster dragend, die bedremmeld kijkt. In zijn ene arm draagt hij een pakje. Volgens de uitleg binnenin is de foto gemaakt in Amsterdam, in de zomer van 1942, toen “SD-agenten op de Nieuwezijds Voorburgwal het persoonsbewijs van joodse burgers controleerden”.
Van die controle zijn meer foto’s gemaakt, die terechtkwamen in de beeldbanken van het Stadsarchief Amsterdam, het Niod (het Nederlands Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies), het Anne Frankhuis en op die van het Ghetto Fighters’ House in Israël. Maar het is vooral dankzij het boek van Van Liempt dat die ene foto bekend raakte en op menig netvlies kwam te hangen.
Maar wie was nu eigenlijk die man met de jodenster? En wat gebeurde er nu precies op de Nieuwezijds?
Het blijkt dat het zo goed als zeker Willem Alexander Hemelraad was, die op woensdag 8 juli 1942 is gefotografeerd door Bart de Kok, een fotograaf in dienst van het blad Storm SS. Hij legde niet een controle van joodse burgers vast, maar de aanhouding van twee joodse mannen die op de postzegelmarkt op de Nieuwezijds postzegels probeerden te verkopen.
Willem Alexander is een zoon van het deels Dordtse echtpaar Hemelraad. Zijn vader Abraham is een autochtone Dordtenaar, zijn moeder Guillemette Sophia Horn is een geboren Luxemburgse. Willem Alexander had een zus, Caroline Rose Wilhelmina, die in Dordrecht is geboren, maar zelf kwam Willem Alexander ter wereld in Amsterdam, net al zijn jongere broers Alexander Leo Jo en Paul Henri.
Deze gezinsleden zijn in Auschwitz vernietigd, op moeder Guillemette en derde zoon Paul Henri na. Zij overleefden de Holocaust.
In dit verhaal worden de herkomst belicht van de schier klassieke arrestatie-foto en is uitgezocht wat er met de familieleden van de afgebeelde joodse man is gebeurd.
Willem Alexander (‘Lex’) is een zoon van Abraham Hemelraad, die weer een zoon is van Willem Hemelraad. Dit zijn de twee naast elkaar liggende pagina’s uit het Dordtse bevolkingsregister over de samenstelling van de familie Hemelraad. |
Familiegeschiedenis
Willem Alexander Hemelraad, de postzegelman, mag dan een heuse Amsterdammer zijn, het geslacht Hemelraad was verder oer-Dordts. Abraham Hemelraad, de vader van Willem Alexander, kwam ter wereld in Dordrecht. En Abraham op zijn beurt is weer een zoon van Willem Hemelraad, die ook is geboren in deze stad. Voor de overzichtelijkheid begint de familiegeschiedenis in dit geval bij deze Willem, de grootvader van Willem Alexander.
Willem Hemelraad is geboren op 6 juni 1854, als zoon van Abraham Hemelraad en Cornelia Duits. Hij trouwde op 31 maart 1881 in Ridderkerk met Rozetta Stranders (Ridderkerk, 13 oktober 1850). Rozetta, in Dordrecht directrice van de vrouwenvereniging Tsidkas Nosjiem, schonk hem acht kinderen, onder wie Abraham (24 juli 1884). Rozetta overleed op 5 maart 1904, 54 jaar oud.
Haar man hertrouwde op 15 maart 1905 als 50-jarige in Den Haag met de 53-jarige Sara Garnade, afkomstig uit (Den Haag, 20 juli 1851). Willem stierf op 7 april 1925 (70), in Dordrecht, weduwe Sara in Amsterdam op 8 juni 1930 (78). Beiden zijn begraven op de joodse begraafplaats in Dordrecht, zo ook Willem’s eerste vrouw Rozetta.
Willem Hemelraad, de grootvader van Willem Alexander, overleed in Dordrecht op 7 april 1925. |
Een pagina uit het Amsterdamse bevolkingsregister. Abraham Hemelraad is met zijn vrouw Guillemette verhuisd van Dordrecht naar Amsterdam. Dochter Caroline is nog in Dordrecht geboren, in 1909, in Amsterdam komen de zonen Willem Alexander en Alexander Leo Jo, in 1912 en 1915. Later krijgt het echtpaar nog een derde zoon, Paul Henri in 1919. |
Dit is Willems zus Caroline op latere leeftijd. Zij is de geboren Dordtse. |
Tailleur
Abraham, een van de acht kinderen Hemelraad, trouwde op 9 juli 1908 in Amsterdam met Guillemette Sophie Horn. Hij was tailleur geworden, ook wel een koopman in gemaakte kleren geheten, en inmiddels 23. Zij was al 27 en woonde in Amsterdam, hoewel ze geboren is in het Groot Hertogdom Luxemburg, op 9 september 1880. Guillemette was een dochter van Alexander Horn (Sittard, 3.3.1854) en Caroline Ossedrijver (Nijmegen, 6.1.1854). Bij de huwelijksplechtigheid was de vader van Abraham aanwezig, zijn moeder Rozetta ontbrak uiteraard. Zij was immers al overleden. De handtekening van de stiefmoeder komt niet voor op de huwelijksakte.
De echtverbintenis tussen Abraham (ook wel Alfred genoemd) en Guillemette leidde tot vier kinderen. Achtereenvolgens waren dat:
1. Caroline Rose Wilhelmina (‘Carla’, Dordrecht, 30 april 1909),
2. Willem Alexander (‘Wim’, Amsterdam, 30 juni 1912),
3. Alexander Leo Jo (‘Alex’ en ‘Lex’, Amsterdam, 9 maart 1915) en tot slot
4. Paul Henri (Watersgraafsmeer, 20 december 1919).
Bij de geboorte van Caroline, ’s middags om 13 uur, woonden haar ouders kennelijk tijdelijk in Dordrecht, of ze waren er op bezoek − op het Steegoversloot, op toenmalig nummer 43. Daarna huisden ze weer in Amsterdam.
De persoonskaarten van de vier kinderen van Abraham en Guillemette. |
Abraham, de vader van Willem Alexander, overleed op 14 oktober 1935. Hij is begraven op de joodse begraafplaats in Diemen. |
Directeur
In het Amsterdamse bevolkingsregister staat genoteerd dat het gezin van Abraham zich op 19 oktober 1915 in Amsterdam vestigde, aan de Hoogeweg 79. Dit is verwarrend, aangezien twee van de drie kinderen al in Amsterdam waren geboren, in 1912 en eerder in 1915. Hoe dit ook zij: vader Abraham is nu niet alleen tailleur meer, hij is opgeklommen, volgens hetzelfde register, van chef in tot directeur van een “fabriek van heerenkleding”.
Willem Alexander, de ene zoon, was kantoorbediende en wordt vertegenwoordiger. Caroline wordt geboekstaafd als kantoorbediende koloniale waren, hulp in de huishouding en vervolgens opnieuw als kantoorbediende. De andere zoon, Alexander Leo Jo, wordt kantoor- en magazijnbediende, daarna kantooremployé textiel, de derde zoon, Paul Henri is automonteur.
Op de persoonskaarten van de kinderen staan steeds dezelfde adressen en verhuisdata, ook op die van moeder Guillemette. Dit versterkt de indruk dat de gezinsleden (nog) niet op zichzelf zijn gaan wonen, maar tot in de Tweede Wereldoorlog bij elkaar bleven. Dit zijn de straten waar de familie naartoe trok: vanuit Watergraafsmeer vanaf 1 januari 1921 naar “diverse adressen” in Amsterdam, om daarna neer te strijken in de Van Breestraat 112 boven (per 28.4.1938) en de Leonardostraat 2 I (per 24 april 1941).
Vader Abraham was tegen die tijd al overleden, op 14 oktober 1935. Hij is 51 geworden en begraven op de joodse begraafplaats in Diemen.
De fotograaf Bart de Kok maakte nog twee andere foto’s op de postzegelmarkt, van de aanhouding van postzegelhandelaren. Op de eerste foto staat Willem Hemelraad. |
Opgepakt
En toen was daar die dag dat de nog altijd ongetrouwde Willem Alexander wordt opgepakt op de Nieuwezijds Voorburgwal. Hij was inmiddels dertig.
Wat er gebeurde, kan enigszins worden gereconstrueerd dankzij de hulp van Harco Gijsbers, die informatie- en collectiespecialist is van het Niod, en beheerder van de Beeldbank WO2 van dit instituut.
In verschillende beeldbanken waren verschillende foto’s van de arrestatie aangetroffen. Aan Gijsbers werd de vraag voorgelegd of hij meer weet van de opnamen, en vooral ook over de afgebeelde persoon. Via de website ‘Joods Monument’ had de redactie van deze Dordtse Stolpersteine-site al achterhaald dat het Willem Alexander Hemelraad betrof, en dat hij een broer is van de in Dordrecht geboren Caroline Hemelraad. Het vermoeden rees dat er mogelijk een verband is met Dordrecht, maar welk dan en wat is de herkomst van de foto’s op de Nieuwezijds?
Gijsbers kon allerlei belangwekkende details verstrekken. Hij schreef dat door een onderzoek van het Stadsarchief Amsterdam de naam van Willem Alexander kon worden gekoppeld aan de man met de gele ster; voordien was hij anoniem. De bron voor die naam is het zogeheten meldingsrapport van de Amsterdamse politie van 10 juli 1942. Deze dagelijkse rapporten bevinden zich in het Stadsarchief.
Op deze foto staat de (anoniem gebleven) andere man. De man steeds links, die notities maakt, |
Controleurs
Het desbetreffende meldingsrapport, van Bureau 11, een bureau voor ‘Joodsche Zaken’ aan de Nieuwe Doelenstraat 13, staat hieronder afgebeeld. Te lezen is dat op donderdag 9 juli 1942 om 09 uur aan dit bureau Willem Alexander Hemelraad “verscheen”. Met andere woorden: hij was ontboden en meldde zich inderdaad, keurig stipt om 09 uur, zoals te lezen is in Rapport no. 191, opgemaakt op 10 juli – zie de foto ervan hieronder.
De reden dat hij zich had moeten melden? “Door twee controleurs van de firma Lippmann, Rosenthal en Co, was geconstateerd dat door Willem Alexander Hemelraad […] op de Postzegelmarkt, N.Z. Voorburgwal, handel werd gedreven in postzegels en dat hij zich mede op een plaats ophield voor joden verboden.”
Met andere woorden: hij had de opdracht gekregen naar Bureau 11 te gaan, vanwege onrechtmatige handel in postzegels én voor verblijf op een illegale plek. In het pakje dat hij op de foto’s onder de arm hield, zaten misschien wel de postzegels.
Het onderzoek van Stadsarchief heeft uitgewezen dat de fotograaf vanI, Bart de Kok, I, op woensdag de 8ste, drie foto’s op de postzegelmarkt had gemaakt – foto’s van de aanhouding van twee joodse mannen die postzegels probeerden te verkopen. Gijsbers: “Op de achterkant van één van de foto’s maakt De Kok een korte notitie: “Joden die de postzegelbeurs te Amsterdam, N.Z. Voorburgwal bezoeken met de bedoeling slachtoffers te zoeken onder de meestal jeugdige bezoekers dezer beurs, worden door ambtenaren der SD aangehouden.”
Het politierapport, opgesteld door Bureau 11 van Joodsche Zaken, over Willem Alexander Hemelraad. |
Waanzin
Die opmerking is overigens na 69 jaar aangevochten door een man die destijds “vaak op de Postzegelmarkt kwam”, schrijft hij in 2011 in een ingezonden brief in Het Parool. De krant had kort daarvoor de foto van de aanhouding geplaatst en blijkbaar de opmerking van De Kok herhaald. De briefschrijver noemde deze “je reinste waanzin”. Wat al evenmin klopte, is dat Hemelraad was gearresteerd door ambtenaren van de Sicherheitsdienst. Het waren controleurs van de roofbank Lipmann, Rosenthal & Co geweest, zoals al in het meldingsrapport stond.
Ook Eric Heijselaar, werkzaam bij dit Stadsarchief, heeft desgevraagd tegenover de redactie van de Dordtse Stolpersteine-website bevestigd, dat het inderdaad om Willem Hemelraad gaat. Hij meldt dat de serie foto’s van Bart de Kok in 2010 bij het archief binnenkwam, en dat hij toen is “gaan kijken of we meer informatie over de personen of situatie op de foto’s konden vinden”.
Heijselaar schreef in 2015 een stuk over de kwestie dat destijds op de website van het Stadsarchief is gezet. Daarin stelt hij dat het medewerkers van het Stadsarchief “na enig speurwerk is gelukt om de identiteit van één van de twee arrestanten te achterhalen”. De conclusie? “De man die op de foto met een verslagen gezicht papieren aan een agent overhandigt, is de 30-jarige Willem Alexander Hemelraad.”
Terzijde schreef het Stadsarchief in 2015 nog: “Het toeval wil dat op dezelfde dag dat deze foto genomen is, op woensdag 8 juli 1942, de familie van Anne Frank besluit onder te duiken, nadat ze een oproep voor Margot Frank hebben ontvangen om zich te melden voor transraport.”
Twijfel
Waarom wordt hier zo uitvoerig stilgestaan bij de totstandkoming van de foto? Dat is omdat Gerrit Netten, verantwoordelijk voor publicaties en presentaties van de Anne Frank Stichting, twijfel zaaide.
De redactie van de Dordtse Stolpersteine-website benaderde hem in 2022 omdat de op de website van het Anne Frankhuis immers ook foto’s van de arrestatie te zien waren geweest. En Netten liet weten dat het “helemaal niet zeker is” dat “nu uitgerekend de man in beeld Willem A. Hemelraad is”.
Ook Harco Gijsbers van het NIOD meldde dat er iets niet in orde is, en dat betrof bovenal die twee data: 8 en 9 juli. De foto is gemaakt op 8 juli, Hemelraad is “volgens de politierapporten op de 9de opgepakt. “Dan kan hij dus niet op de foto staan”, stelt Gijsbers.
Dit veroorzaakte verwarring. Staat op de ‘legendarische’ foto nu Willem Hemelraad of toch niet?
Heijselaar wist de netelige zaak, die toch ook draait om het waarheidsgehalte van bepaalde feiten, op te lossen.
Hij liet weten dat hij ‘er altijd van is uitgegaan” dat het Hemelraad is geweest die puur toevallig op de 8ste is gefotografeerd op de Postzegelmarkt, en dat deze van de controleurs de opdracht kreeg zich de volgende dag, de 9de juli, te melden het Bureau Joodse Zaken. Zulks had het Stadsarchief al in 2015 gemeld op zijn website, en de desbettreffende tekst voegde Heijselaar bij.
“Er is natuurlijk nog een kans”, opperde Heijselaar nog, dat er op die 9de “iemand anders is opgepakt op dezelfde locatie en [dat die] gelijk is meegenomen naar Joodse Zaken”. Máár, benadrukte hij, “daar is geen enkele melding van te vinden in de dagrapporten” van de politie.
Met andere woorden: de gefotografeerde man was W.A. Hemelraad. Dat is “zo goed als zeker vast komen te staan”, aldus Heijselaar.
En hiermee is de discussie voor hem gesloten.
Notities in het dagrapport van de politie: Willem Hemelraad is op 9.7.1942 om 12.05 uur uit Bureau 11 aangekomen in het hoofdbureau. Hij had 15,85 gulden op zak en een stamkaart met distributiebescheiden. |
De Joodsche-Raadkaart van Willem Alexander uit het Duitse Arolsen-archief. Hij is vanaf het Centraal Station in Amsterdam op 15.7.1942 op transport gezet naar Kamp Westerbork en vandaar naar Auschwitz, waar Willem Alexander is vermoord op 1 september 1942. Zijn moeder, zus en twee broers worden ook op de kaart vermeld, maar volgens het NIOD betekent dit niet dat zij tegelijk Willem Alexander zijn gedeporteerd. Het NIOD meent dat zij eerst nog zijn ondergedoken. |
In de cel
Hoe liep het af met Hemelraad? Na verhoor op Bureau 11 wordt Willem Alexander om 12.05 uur afgeleverd bij de centrale recherche op het hoofdbureau, waar hij zes dagen in de cel moet doorbrengen. Gijsbers: “Niet lang na de arrestatie van Willem Alexander duiken zijn moeder, zus en twee broers onder.” Hemelraad komt niet meer vrij. In de nacht van 14 op 15 juli wordt hij samen met enkele van zijn celgenoten vanaf het Centraal Station op transport gezet.
Uit zijn Joodsche Raad-kaart, gevonden in het Duitse Arolsen-archief van nazi-slachtoffers, valt op te maken dat hij eerst nog in Kamp Westerbork is geweest. Volgens diezelfde kaart lijkt hij in gezelschap van zijn moeder, zus en twee broers te zijn geweest, maar uit andere gegevens blijkt dit niet te kloppen. Niettemin zijn drie van de vijf betrokken familieleden geëindigd in Auschwitz, al zijn ze op verschillende dagen uit Westerbork vertrokken: er zit soms een tot twee jaar tussen. Dit zijn de overlijdensdata:
Willem Alexander (1 september 1942; 30),
Alexander Leo Jo (31 augustus 1944; 29) en
Caroline Rose (27 augustus 1943, 34).
Hun moeder Guillemette heeft volgens de Joodsche Raad-kaart van haar zoon Willem Alexander ook in Westerbork gezeten. Maar zij is vrijgelaten of de notitie klopt niet. Er zijn namelijk twee documenten die iets over haar omstandigheden ‘vertellen’. Het ene is haar persoonskaart uit het Amsterdamse Stadsarchief. Daarop staat dat Guillemette op 25 juli 1945 opdook op het adres Heerengracht 154 huis.
Het andere document is een formulier bedoeld voor Volksherstel Amsterdam. Daarop moest zij invullen of “zelf ondergedoken is geweest”. “Ja”, is het antwoord. Wat niet duidelijk wordt, is of zij metterdaad in Westerbork heeft gezeten, of al die tijd in Amsterdam op een onderduikadres heeft verbleven.
Guillemette Hemelraad-Horn, heeft de oorlog overleefd, zoals haar Amsterdamse persoonskaart laat zien. Op 25 juli 1945 dook zij op op de Heerengracht, bij nummer 154 huis. |
Alexander Leo Jo heeft zich op 13 juni 1942 verloofd met Mary Moscow, laat dit bericht uit ‘Het Joodsche Weekblad’ zien. Tot een huwelijk is het niet gekomen. Wat er met Mary is gebeurd, kon niet sluitend achterhaald worden. |
Overleefd
Haar persoonskaart vermeldt wel wat zij na de oorlog heeft gedaan. Zij is op 29 november 1945 verhuisd naar de Hendrik van Borsselenkade 37 in Nieuwer Amstel (nu Amstelveen), op 8 mei 1946 naar de Alexander Boersstraat 41 huis in Amsterdam en op 28 februari 1948 naar de Churchilllaan 121 I. Op dit laatste adres is zij overleden, op 27 maart 1966, in de leeftijd van 85 jaar.
De andere overlevende van het gezin was zoon Paul Henri. Hij kwam ook op 25 juli 1945 tevoorschijn en ging met zijn moeder naar de Hendrik van Borsselenkade. Paul Henri trouwde op 20 april 1966 in Amsterdam met Maria Johanna Agnes Siemerink (Oldenzaal, 18.12.1921). Hij is op 7 januari 1974 overleden in Amsterdam, 54 jaar oud. Nu was er niemand meer over van het van oorsprong Dordtse gezin Hemelraad. Paul’s aangetrouwde vrouw Maria is overigens beduidend ouder geworden. Zij overleed in Amstelveen op 29 januari 2013 als 91-jarige.
Willem Alexander en Caroline waren ongehuwd. Maar hun broer Alexander Leo Jo had een verloofde. In Het Joodsche Weekblad van 12 juni 1942 stond dat hij en Mary Moscow de volgende dag hun verloving zouden vieren, in de Leonardostraat op nummer 2 I. Maar tot een bruiloft zal het niet zijn gekomen: in burgerlijke-standsgegevens noch op de krantenwebsite ‘Delpher’ is een huwelijksaankondiging te vinden.
Op een formulier voor Volksherstel Amsterdam vulde Guillemette in dat zij in de oorlog ondergedoken heeft gezeten. |
De Amsterdamse gezinskaart van Jacob den Hartog en Cornelia Hemelraad. |
Dit zijn Cornelia en Engeltje den Hartog, kinderen van Elias Hemelraad en Rebecca Lermer. |
Guillemette Hemelraad-Horn overleed |
Drama
Het drama in de familie was groter, het leed omvangrijker.
Van Cornelia Hemelraad (1881), een zus van Abraham en óók een van de acht kinderen van Willem en Rozetta, werd het gezin grotendeels verwoest in de oorlog. Van de vijf kinderen die Cornelia kreeg met Jacob den Hartog is er maar één in leven gebleven.
Cornelia huwde Jacob (H.I. Ambacht, 24 maart 1882) in Dordrecht, op 29 maart 1905. In die stad werden hun kinderen geboren, achtereenvolgens:
1. Rozetta (9.8.106),
2. Elias (2.7.1907),
3. Willem (2.5.1912) en de tweeling
4. Anna (10.11.1914, al na anderhalf jaar overleden op 11.7.1916) en
5. Betsij (10.11.1914).
Jacob, handelsreiziger in herenkleding, verhuisde met zijn gezin naar Amsterdam, per 1.4.1930 naar Rotterdam, om per 18.9.1934 weer, en nu voorgoed, terug te gaan naar Amsterdam.
Toen de oorlog uitbrak, woonde het gezin eerst vanaf 19.11.1940 in Laing’s Nekstraat 41 huis, per 28.1.1941 in de Pretoriusstraat, op nummer 98 1 hoog.
Vader, moeder en drie van de vier overgebleven kinderen zijn door de nazi’s omgebracht: Jacob en Cornelia (beiden in Sobibor op 28 mei 1943, beiden 61 jaar oud), Rozetta (Sobibor, 11.6.1943; 36), Elias (Sobibor, 9.7.1943; 36) en Willem (Auschwitz, 31.1.1944; 31). Dochter Betsij heeft de verschrikkingen overleefd, zij is op 77-jarige leeftijd in Dordrecht overleden, op 20 oktober 1992, zie op deze website verhaal 178 over haar.
Maar bij deze vijf slachtoffers is het niet gebleven. Sommige kinderen Hemelraad waren al getrouwd en in hun gezinnen werd ook een ravage aangericht. Willem was als enige nog alleenstaand ten tijde van de Holocaust.
Zoon Elias bijvoorbeeld was op 17.10.1929 in Rotterdam getrouwd met Rebecca Annegien Lermer (Rotterdam, 13.11.1910). Zij kregen in hun woonplaats vier kinderen en die zijn allen omgebracht, samen met hun ouders. Rebecca eindigde net als haar man in Sobibor op 9 juli 1943, 32 jaar oud. Op diezelfde dag gingen ook hun kinderen heen:
1. Cornelia (1.4.1930; 13 jaar geworden),
2. Engeltje (24.6.1932; 11),
3. Jacob Aron (19.10.1935; 7) en
4. Aron (7.6.1938; 5).
En dan is er nog Rozetta. Zij trouwde op 14 juni 1933 in Amsterdam met koopman en diamantbewerker Leendert Groen (Amsterdam, 5.5.1897). De twee kinderen die zij kregen,
1. Jettie Corrie (Rotterdam, 11.11.1933) en
2. Jacob Maurice (Rotterdam, 29.9.1937), werden tegelijk met hun moeder vernietigd in Sobibor, op 11 juni 1943. Rozetta, Jettie en Jacob zijn 36, 9 en 5 geworden. Hun vader Leendert is later, ergens in Midden-Europa omgebracht, op 21 januari 1945, op 47-jarige leeftijd. En daarmee was het gezin, destijds wonend aan Blokmakersstraat 79b, compleet uitgeroeid.
Op deze familiefoto komen Rebecca Lermer (staande, derde van links) en Elias (staand, achter Rebecca) voor. |
***
De oproep van Guillemette Hemelraad in Het Joodsche Weekblad van 4 december 1945. |
In het Algemeen Handelsblad van 4 december 1945 stond een wanhopige oproep. Wie deze had geplaatst, staat er niet bij, alleen het adres: H. van Borselenkade 37, Nieuwer Amstel. Met maar één woordje geeft de afzender haar naam aan en daaruit valt af te leiden dat het moeder Guillemette moet zijn. “Weet iemand iets omtrent mijn 3 kinderen Carla, Wim en Lex Hemelraad?”, vroeg zij hoopvol. Guillemette zal nadien waarschijnlijk wel snel te horen hebben gekregen dat al haar kinderen zijn omgebracht. Ze zouden niet meer terugkeren.
De drie kinderen zullen tachtig jaar verder in de vergetelheid zijn beland. Behalve Wim natuurlijk. Dit is de Willem Alexander die tientallen jaren later via een foto is herontdekt als de postzegelman van de Nieuwezijds.
< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'