NIEUWS

Amsterdams stratenmonument omvat
ook vijf leden Dordts gezin Tonninge

Ook van vijf voormalige joodse Dordtenaren zijn naambordjes gemaakt voor het imposante stratenmonument van de Amsterdamse kunstenaar Ida van der Lee. Dit project is in 2020 voltooid en omvat in totaal 2800 naambordjes van weggevoerde joodse Holocaustslachtoffers uit de Oosterparkbuurt. Ze zijn opgeborgen in vijftig kratten met elk zo’n zestig kleurrijke naambordjes. Volgend jaar op 4 mei zullen al die bordjes, bedoeld als “een tijdelijk monument voor een oneindig verlies”, nog éénmaal worden neergelegd, waarschijnlijk in het Oosterpark.

Job Cohen, voorzitter van het Amsterdamse 4 en 5 mei-Comite, loopt door de straten

Dit jaar konden de naambordjes niet worden uitgelegd op het Kastanjeplein, door de coronacrisis. In plaats daarvan werden het stratenpatroon en de naambordjes neergelegd op het eiland Pampus, door vrijwilligers die op afstand van elkaar bleven. Via beelden van drones kon dit op pc’s en mobieltjes worden gevolgd. Op de foto loopt Job Cohen, voorzitter van het Amsterdamse 4 en 5 mei-Comite, ‘door’ de straten.
Foto Wiebe de Jager, Dronewatch

Tonninge
De vijf geboren Dordtenaren behoren allen tot de familie Tonninge, aan wie op deze Dordtse website twee verhalen zijn gewijd, zie de nummer 121 en nummer 189. Zij woonden in drie straten van de Oosterparkbuurt. In 2020 kon het voltooide kunstwerk, dat heeft geleid tot ruim vijftig kratten met naambordjes, niet worden uitgelegd op het Kastanjeplein, de ‘huiskamer’ van de Oosterparkbuurt, als gevolg van de coronacrisis. Voor één keer werd gedurende één dag uitgeweken naar het voormalige quarantaine-eiland Pampus. Van der Lee verteldei dat ze deze locatie wel zo toepasselijk vond: “Het fort is gemaakt om oorlog te voorkomen. Bovendien ligt nu de hele wereld voor pampus.”
        Op haar website ‘Namen en Nummers’ zet Ida van der Lee uiteen hoe zij op het idee kwam van haar kunstproject, dat aanvankelijk was bedoeld als eenmalig, maar uitgroeide tot een lokale traditie. In 2008 kreeg zij van haar buurjongen een link doorgestuurd naar ‘Joods Monument’, Nederlands grootste en betrouwbaarste herdenkingswebsite. Al 27 jaar woonde Van der Lee in de Vrolikstraat, op nummer 281-3. Toen zij de website raadpleegde, schrok ze. “Uit de Vrolikstraat alleen al zijn 1200 joden weggevoerd. En in mijn huis woonde een joods echtpaar. Allemaal tijdens de Holocaust vermoord. Ik vond het schokkend dat ik en anderen dat niet wisten. Daarin wilde ik verandering brengen.”

Vrijwilligers
In 2012 begon zij aan het stratenmonument. De opzet werd dat voor álle gedeporteerde en vernietigde joden uit de Oosterparkbuurt een naambordje werd gemaakt: getekend, geschilderd, geverfd of geschreven. Zeven jaar lang hebben, meldt Ida’s site, honderden Amsterdammers meegeholpen, onder wie enkele bekende, zoals Gerdi Verbeet, Ronald Plasterk, Hanneke Groenteman en Job Cohen. Ida: “Het maken van een naambordje is een intense ervaring.”
        De bordjes zijn plankjes, gemaakt van Amsterdams stadshout. Aanvankelijk werden ze beschilderd. “Maar”, zegt Ida, “dat droogde niet en het werd een kledderboel omdat er niet echt tijd voor was.”
        Later werden stiften, lapjes stof en lettersjablonen gebruikt. De naambordjes werden op het Kastanjeplein gemaakt door buurtbewoners, mensen uit Amsterdam en ver daarbuiten. Als gevolg van de coronacrisis zijn in 2020 de laatste naambordjes bij mensen thuisgemaakt. Ida: “Dat hebben ze heel zorgvuldig gedaan en er zijn allerlei technieken en materialen voor gebruikt, zoals verf, lapjes, kleurtjes, stiften. Ook is er gefiguurzaagd en geschuurd.”
        De bordjes, die ieder jaar in tal toenamen, werden normaal gesproken op 4 mei neergelegd op het Kastanjeplein. Daar was al een enorme plattegrond van de Oosterparkbuurt aangebracht, in de vorm van houten straten. Vervolgens werden in de plattegrond de naambordjes gelegd, aan weerszijde van die straten en op volgorde van huisnummering. Daarmee worden de slachtoffers symbolisch naar huis teruggebracht.
        Ida van der Lee had voor het namenmonument een “zorgvuldig geënsceneerd ritueel” bedacht. Dit ritueel bestaat uit verschillende ‘stappen’: het kiezen van een naam, het maken van een naambordje en het neerleggen van al die honderden naambordjes. Bij dat neerleggen klingelde er telkens een bel, en er werd een zin uitgesproken, bijvoorbeeld: “Abraham van Rooijen, ik breng je terug naar huis.” Zo werden de slachtoffers, licht ze toe, “stapsgewijs vanuit het donker naar het licht gebracht, en naar hun huis teruggebracht. En daardoor sluit je een slachtoffer, een uniek persoon, in je hart. Het thuisbrengen ontroert.”
        Het ritueel, dat werd begeleid door zo’n zeventig vrijwilligers, maakte een verpletterende indruk die doet zwijgen. Zo heeft Van der Lee het ook bedoeld, zegt ze op haar website. “Het enorme sociale gat dat toen geslagen is, is pijnlijk zichtbaar gemaakt door het enorme stratenmonument.”

op 4 mei op het Kastanjeplein

Enkele foto’s die een indruk geven van wat zich jaarlijks op 4 mei op het Kastanjeplein afspeelde.
Foto’s Mo Verlaan en Ida van der Lee

Ritueel
In 2020 kon het Kastanjeplein niet gebruikt worden. De coronacrisis maakte het onmogelijk om grote groepen mensen bijeen te laten komen. Het monument werd nu gepresenteerd op Pampus, waar twaalf vrijwilligers op afstand van elkaar de bordjes uitlegden. Onderwijl werden drone-opnames gemaakt, die “met de wereld werden gedeeld”, foto’s en films. Buurtbewoners hadden de laatste tweehonderd bordjes afgeleverd, het project was na acht jaar afgerond. Job Cohen, voorzitter van het Amsterdams 4 en 5 mei Comité, plaatste het allerlaatste naambordje op Pampus. Een foto bij dit artikel toont hem terwijl hij ‘door de straten loopt’.
        Volgend jaar worden de naambordjes nog een laatste maal neergelegd.

Veertien
Wie precies zijn de vijf Dordtse joden die ook een plek in het stratenmonument hebben gekregen, waar woonden zij in de oorlogstijd? Dit zijn ze:
        1. Veronika Tonninge, wonend in de Eerste Oosterparkstraat 106 I, geboren in Dordrecht, 27 september 1908, vermoord in Sobibor, 9 juli 1943, 34 jaar.
        2. Beletje Drees-Tonninge, Sparrenweg 26 II, Dordrecht, geboren in Dordrecht, 16 september 1890 – vermoord in Auschwitz, 24 september 1942, 52 jaar.
        3. Duifje Tonninge-Broekewasscher, Sparrenweg 26 III, geboren Dordrecht, 5 april 1868 – gestorven in Amsterdam, 25 juli 1942, 74 jaar.
        4. Louis Tonninge, Vrolikstraat 315 I, geboren in Dordrecht, 14 februari 1904 – vermoord in Sobibor, 9 juli 1943, 39 jaar.
        5. Nathan Tonninge, geboren in Dordrecht, 29 oktober 1902 – vermoord in Auschwitz, 30 september 1942, 39 jaar.

Veronika, Beletje, Louis en Nathan zijn vier van de veertien kinderen die Duifje Tonninge kreeg met Abraham Tonninge. Koopman Abraham, geboren in Arnhem op 8 december 1851, trouwde als 34-jarige op 13 januari 1886 in Dordrecht met de indertijd 17-jarige Dordtse Duifje. Hij overleed na een kortstondige ziekte op 26 april 1918, 56 jaar oud.

Enkele naambordjes voor de Dordtse familie Tonninge

Enkele van de naambordjes die zijn gemaakt voor leden van de oorspronkelijk Dordtse familie Tonninge. Abraham Sal was de 7-jarige zoon van Nathan en Aleida Tonninge. Dora was de slechts vijf maanden oud geworden baby van Veronika Tonninge.
Foto Bert Runhaar

Aangedaan
Toen de redactie van deze Dordtse Stolpersteine-website Ida van der Lee vroeg of zij wellicht foto’s kan sturen van enkele ‘Dordtse’ naambordjes, ontdekte ze dat het bordje voor Louis ontbreekt. “Die zou dit jaar ergens bij iemand thuis gemaakt zijn, maar is niet ingeleverd. Daar hadden we al een notitie van gemaakt.” Ze heeft de maker per e-mail gevraagd of het bordje alsnog kan worden bezorgd. De dame heeft gereageerd en stuurt het op.
        Een ontroerende anekdote vertelt ze ten slotte over Abraham Sal Tonninge, de 7-jarige zoon van Nathan Tonninge en Aleida Tonninge-Brouwer. Dat bordje is vervaardigd door ene Toon, die 9 jaar oud is. De rode ballen die het toont, stellen voetballen voor, omdat hij vermoedde dat Abraham vast van voetbal heeft gehouden. Ida: “Toon heeft samen met zijn moeder een door ons geleverd kaartje in de bus van Vrolikstraat 315 gedaan, om te zeggen dat Abraham daar heeft gewoond en dat hij hem met een naambordje heeft herdacht. De mensen die nu op dat adres wonen, waren zeer aangedaan en besloten een Stolperstein te bestellen. Die is nog niet gelegd, want dat duurt heel lang.”
        Abraham Sal Tonninge (Amsterdam, 12 september 1934) is op 16 augustus 1942 in Auschwitz vergast, samen met zijn 2-jarige zusje Mia (Amsterdam, 21 februari 1940) en hun 41-jarige moeder Aleida (Amsterdam, 2 augustus 1901).