NIEUWS

Oud-Dordrecht komt met eerste boek
over de jodenvervolging in Dordrecht

De omslag van het jaarboek dat werkgroeplid Kees Weltevrede schreef

De omslag van het jaarboek dat werkgroeplid
Kees Weltevrede schreef.
Foto Vereniging Oud-Dordrecht

Donderdag 22 april verschijnt het Jaarboek 2021 van de Vereniging Oud-Dordrecht. Het is geschreven door drs. Kees Weltevrede, historicus, oud-docent en lid van de Dordtse werkgroep Stolpersteine. Voor het eerst beschrijft Weltevrede in deze uitgave gedetailleerd en grondig, bijna stap voor stap, hoe de door de Duitsers geëntameerde jodenvervolging uitpakte voor en in Dordrecht, in de jaren 1940-1945. “We zijn vertrokken” is de titel van het boek, dat leden van Oud-Dordrecht gratis krijgen thuisbezorgd, en dat andere belangstellenden 15,95 euro kost, exclusief verzendkosten. Het jaarboek telt 244 pagina’s en verschijnt in full colour.

Corona
Normaal wordt een jaarboek telkens eind april gepresenteerd tijdens de algemene ledenvergadering in de Trinitatiskapel in de Vriesestraat. Het eerste exemplaar wordt dan uitgereikt. Maar omdat de coronacrisis nog onverminderd aanhoudt, is daar opnieuw van af gezien, althans in fysieke vorm. De vergadering wordt andermaal digitaal via Zoom gehouden. Alleen leden die zich daarvoor hebben aangemeld, kunnen deze via een link volgen.
        Niettemin komt er aandacht voor het nieuwe jaarboek: aansluitend op de ledenvergadering valt er, ook weer digitaal, een interview met de auteur Weltevrede te beluisteren, waarin hij vertelt over het boek. Het vraaggesprek is hem afgenomen door Fietje Hoyer, een redactielid van het kwartaaltijdschrift van Oud-Dordrecht.
        Overigens zal op een andere wijze toch nog een eerste exemplaar worden overhandigd, en wel aan Jack Cohen, kleinzoon van Marc en Esther Meijer (zie op deze site verhaal nummer 101). Weltevrede gaat hem bezoeken in Capelle aan de IJssel, met in zijn kielzog een cameraploeg van RTV Rijnmond en RTV Dordrecht. En bij die gelegenheid geeft Weltevrede Cohen het jaarboek. In Cohen, een geboren Dordtse jood, ziet Weltevrede de Dordtse joodse gemeenschap gesymboliseerd, “waarvoor ik deze treurige oorlogsgeschiedenis heb geschreven”.
        Kees Weltevrede had zijn boek vorig jaar al willen laten verschijnen, maar gezondheidsredenen verhinderden dat. De publicatie vormt de eerste weergave van zijn jarenlange research naar de Dordts-joodse gemeenschap én de oorlogsjaren. Dit moet uiteindelijk niet alleen leiden tot een proefschrift, maar ook tot zijn magnum opus: een boek over Dordrecht en de Tweede Wereldoorlog.
        Al dat onderzoek, meldt Oud-Dordrecht in een persbericht over het Jaarboek 2021, “heeft geleid tot nieuwe inzichten. Met name de archieven van de Dordtse politie en die van het gemeentebestuur bevatten veel tot nu toe onbekende gegevens”.

Vermogens
De jodenvervolging in Dordrecht kan in drie perioden worden ingedeeld, licht het persbericht toe.
        “In de eerste jaren (1940-1941) werden de joden geïdentificeerd en geregistreerd. Wie was joods en wie niet? Van degenen die als jood werden aangemerkt, werden maatschappelijke activiteiten steeds verder ingeperkt. Zij werden ontslagen en de toegang tot steeds meer plekken werd hen verboden. Tevens werd in deze eerste periode gekeken naar joodse vermogens, met als einddoel deze te onteigenen. Deze eerste tijd wordt voelbaar gemaakt met citaten uit het Oorlogsdagboek van de Dordtse advocaat Jaap Burger, waarin hij met een scherpe blik commentaar geeft op de ontwikkelingen.”
        In de tweede periode (1941-1943) werden de joden opgepakt en afgevoerd naar Kamp Westerbork in Drenthe. Het persbericht: “Aanvankelijk was nog onbekend wat dit inhield; er werd gesproken over doorplaatsing naar ‘werkkampen’ in Duitsland. In werkelijkheid waren dit concentratiekampen, waar bijna iedereen op gruwelijke wijze gedood werd. De achtergelaten huizen van de Dordtse joden werden verkocht, of ter beschikking gesteld aan onduidelijke tussenpersonen.
        “In deze periode ontwikkelden bepaalde leden van de Dordtse politie zich tot echte ‘jodenjagers’. Vrijwel alle joden die niet op tijd waren gevlucht of ondergedoken, werden gearresteerd en gedeporteerd. Het resultaat was, dat er in Dordrecht eind 1943 geen joden meer leken te zijn. Een aantal van hen was echter ondergedoken, meestal bij particulieren in huis.”

Onderduik
De derde periode (1943-1945), de tijd van de onderduik, duurde ongeveer 2,5 jaar. “Voor de typering van deze tijd is gebruik gemaakt van een drietal dagboeken van joodse onderduikers in Dordrecht. Hierin vinden we de beschrijving van hun dagelijkse situatie, tot aan de bevrijding in mei 1945. Het is tamelijk uniek, dat er maar liefst drie Dordtse dagboeken beschikbaar zijn; uit heel Nederland zijn slechts enkele van deze egodocumenten overgeleverd.”
        Het jaarboek omvat nog meer. Als ‘illustratie’ bij de geschiedenis van de jodenvervolging in Dordrecht, zijn in het boek acht verhalen opgenomen, waarin wordt ingezoomd op hoe de vervolging uitwerkte op individuele personen en families. Deze verhalen zijn een selectie van de tot dusverre 250 verhalen die op deze Stolpersteine-website zijn geplaatst. Ze zijn opgesteld door de journalist Gert van Engelen, ook lid van de Dordtse werkgroep Stolpersteine.
        Het boek (ISBN/EAN: 978-90-825185-5-9) is na de 22ste april te koop in de boekhandel en daarnaast te bestellen via publicaties@oud-dordrecht.nl.