Het voorbije joodse dordrecht
Dordtse jodin Lia Zilverberg
uit kindertv-serie bestaat niet
De jeugdige Dordtse jodin Lia Zilverberg, die voorkomt in de schooltv-serie Dertien in de oorlog, bestaat niet. Lia wordt genoemd, samen met nog enkele jonge joden, in aflevering 8, die gaat over de ‘Vernietiging’, het massale vermoorden van joden in kampen. Maar al deze kinderen blijken verzonnen personages te zijn. Navrant is alleen dat de namen van twee van hen, Lia Zilverberg en Kurt Sanders, echte namen zijn, van kinderen die beiden in Sobibor zijn omgebracht. Maar de serie koppelt ze aan Dordrecht en Vlaardingen, terwijl de werkelijk bestaande Lia en Kurt Amsterdammers waren.
Dvd
De tv-serie Dertien in de oorlog is speciaal gemaakt voor kinderen van 9 tot 12 jaar, in opdracht van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO, voorheen NPS). Dertien delen omvatte de serie, die in oktober 2009 voor het eerst is uitgezonden. Dit gebeurde tegelijk met De Oorlog, een negendelige tv-serie, ook handelend over de Tweede Wereldoorlog, maar bedoeld voor volwassenen.
‘Dertien in de oorlog’ werd gepresenteerd door Lisa Wade. De serie, die af en toe wordt herhaald en waarvan een dvd-box op de markt is gebracht, vertelt de jonge kijkers “wat er allemaal gebeurde” tijdens de oorlog en hoe het is om in zo’n tijd op te groeien. “Kan jij het je voorstellen?”, luidt de begeleidende tekst op de website die aan de serie is gewijd: 13indeoorlog.nps.nl.
Aflevering 8 gaat over de ‘Vernietiging’, en was in februari 2010 op tv te zien. Via de website van schooltv is de letterlijke tekst op te roepen, waarin de inhoud van deze aflevering wordt toegelicht, zie: schooltv.nl/video/kamp-westerbork-een-doorgangskamp-in-drenthe.
Een scène uit aflevering 8: twee joodse kinderen lopen met een gele ster op de jas genaaid door Amsterdam. |
Gele ster
“Tijdens de Tweede Wereldoorlog”, zo begint deze uitleg, “worden joden door de nazi’s van Hitler steeds slechter behandeld. Zo moeten ze een gele ster dragen en op veel openbare plaatsen mogen ze niet meer komen. Vanaf 1942 worden ze zelfs weggevoerd om te gaan werken in Oost-Europa, tenminste, dat beweren de Duitsers. Maar eerst worden ze samengebracht in Kamp Westerbork in Drenthe. Dit is niet de eindbestemming, maar een doorgangskamp, een soort tussenstop. Hier moeten de joden wachten, tot ze worden afgevoerd naar het Oosten.”
Hierna worden de namen van meerdere joodse kinderen genoemd, soms met plaatsnaam, soms niet: Kurt Sanders uit Vlaardingen, Lia Zilverberg uit Dordrecht, Grietje Bachrach, Louis Courant, Roos van Gennep uit Amsterdam, haar zus Kaat van Gennep, Theo Vos, Alex Offenbach, en – zonder achternaam – Rebecca. Ze verblijven allemaal in Westerbork, en het is Roos van Gennep die hier spreekt: “Mam! Mam? Weet je wie hier ook is?! Theo! Theo Vos en zijn zus!”
Afsluitend vervolgt de tekst met: “De Duitsers doen er alles aan om het leven in Westerbork zo normaal mogelijk te laten lijken. Kinderen gaan naar school en iedereen ouder dan 15 jaar moet werken. Er is een wasserij, een naaiatelier, een kleermaker, een schoenmaker en er wordt zelfs houten speelgoed gemaakt voor kinderen in Duitsland. En op zondag is iedereen vrij. Dan mogen ze gaan sporten. Er is zelfs een theater waar iedere dinsdag de beste joodse artiesten uit het kamp optreden. Het lijkt allemaal heel gewoon. En zo krijgen de mensen het idee dat het wel zal meevallen.”
Traceren
De redactie van deze Dordtse website, indertijd niet bekend met de serie, werd nieuwsgierig. Zou er meer te achterhalen zijn over deze Dordtse Lia Zilverberg? Wie is zij, waar woonde zij?
De eenvoudigste en betrouwbaarste manier om gedeporteerde joden te traceren is de website Joods Monumenteel. Deze bevat persoonsgegevens over alle omgebrachte Nederlandse joden. Zoeken leverde niets op: Dordrecht heeft geen Lia Zilverberg gekend. Toen daarop alle overige namen uit de tv-serie werden ingevuld, viel al snel de conclusie te trekken dat niemand gekoppeld kan worden aan zijn of haar plaatsnaam.
Twee kinderen, Lia Zilverberg en Kurt Sanders, blijken wel te hebben bestaan. Maar de Lia Zilverberg die op 30 april 1943 in Sobibor werd vergast, als dochter van en samen met Mozes en Rebecca Zilverberg, was pas twee jaar oud in de oorlog, geen dertien. En bovendien een geboren Amsterdamse: 20 mei 1940. En Kurt Sanders, geboren in Essen op 17 januari 1914, en eveneens in Sobibor gedood op 9 juli 1943, was al 29 jaar oud, en ook geen dertien in de oorlog. Hij woonde eveneens in Amsterdam.
Nog een scène: een gezin verlaat met volle tassen de Amsterdamse woning |
Verzonnen
Zekerheidshalve werd Kamp Westerbork gevraagd of daar wellicht archiefgegevens over een Dordtse Lia Zilverberg voorhanden zijn. Nee, berichtte Gerard Rossing, van de afdeling Collectie & Automatisering. “Ik heb geen enkele info over de achternaam Zilverberg in combinatie met de plaats Dordrecht”. Aline Pennewaard, een onderzoekster die de schrijver Guus Luijters heeft bijgestaan bij zijn onderzoek naar alle bijna 18.000 uit Nederland gedeporteerde joodse en zigeunerkinderen, kon evenmin helpen.
Zij sprak het vermoeden uit dat er sprake is van “een verzonnen naam”. Want behalve een Zilverberg uit Dordrecht, kon zij zelf ook al geen Sanders uit Vlaardingen vinden of een Roos van Gennep uit Amsterdam. “Van Gennep is niet eens een joodse naam”, meldde ze in een terzijde.
Bij de afdeling Publieksvoorlichting van de NTR, de omroep die de tv-serie ‘Dertien in de oorlog’ uitzond, is ten slotte geïnformeerd hoe het nu precies zit. Een researcher die bij de productie betrokken was, zei het meteen: “Het zijn verzonnen personages.”
Identificeren
De serie, deelde zij mee, is gebaseerd op feiten en op archiefmateriaal, “maar voor het gedramatiseerde deel zijn dingen bedacht”. Zij doelt daarmee op de geacteerde stukken in de afleveringen.
Lia, Roos, Kurt en Alex mogen dan fictieve personen zijn, maar hoe verzon men dan hun namen?
“Dat weet ik niet; dat heeft de schrijver van de serie gedaan, Maarten van der Duin.”
Als kinderen via de serie iets kunnen opsteken van de oorlog, zou het dan niet logischer zijn geweest de namen van echte leeftijdsgenootjes te gebruiken? Zodat zij zich met hen zouden kunnen identificeren?
“Ja, dat zou kunnen. Maar ik vond dit ook al goed werken, hoor.”
< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'