Het voorbije joodse dordrecht
Zelfzame foto aangetroffen van
de joods-Friese Eliazer Feitsma
De portretfoto van Eliazer Feitsma, |
Opnieuw is er in de omvangrijke fotocollectie van vader en zoon H.G. Beerman (senior en junior) een foto ontdekt van een Holocaustoverlevende.
Ditmaal betreft het Eliazer Feitsma, een rechtgeaarde Friese jood, in de wandelgangen Eddy genoemd en soms ook Eliezer. Hij heeft na de oorlog, in 1947, slechts vier krappe maanden in Dordrecht gewoond, maar het is gesignaleerd: doordat hij een portretfoto liet maken in de studio van Beerman op het Vrieseplein, is zijn verblijf in de stad niet onopgemerkt gebleven. De lokale archiefonderzoekster Erica van Dooremalen, al zo’n twee jaar doende de imponerende fotoverzameling te ontsluiten, stuitte afgelopen november 2023 op de foto van een zelfverzekerde, glimlachende Eliazer – 76 jaar na datum.
Maar wie is deze Eliazer, van wie stamt hij af? Waarom dook hij op in Dordrecht? Woonde er soms familie van hem?
Voor dit verhaal is het uitgeplozen. Eén raadsel is onopgelost gebleven, en zal dat naar alle waarschijnlijkheid ook blijven: waar heeft Eliazer ondergedoken gezeten? Er bestaat een Joodsche-Raadkaart van hem, maar die geeft geen uitsluitsel over de oorlogstijd. Op de woonkaart van het adres waar hij die korte, Dordtse tijd doorbracht, van 22 april tot 15 augustus 1947, staat alleen dat zijn vorige adres “VOW” was. Dit betekent: Vertrokken Onbekend Waarheen. Met andere woorden, het is onbekend waar hij zich zo onopgemerkt, en met succes, heeft weten te verstoppen.
Maar verder is het redelijk gelukt om achtergrondgegevens te vinden over Eliazer. Een archivale zoektocht werd ondernomen en het lukte zodoende om te achterhalen wie toch de man op de herontdekte foto is. En een hoogbejaarde stadgenote van Eliazer, Marianne Bont-Sons, kon helpen met aanvullende informatie. Dit artikel is er het resultaat van.
De huwelijksakte van Eliazers ouders, Izaäk Feitsma en Judith van der Kaars. |
De Joodsche-Raadkaart van Eliazer junior, |
Enig kind
Eliazer is het enige kind dat de koopman van schoenen en filmhandelaar Izaäk Feitsma in Leeuwarden kreeg met Judith van der Kaars, op 10 juni 1929.
Het echtpaar was anderhalf jaar eerder, op 7 december 1927 getrouwd in Leeuwarden, zijn geboortestad. Hij was 23, zij 21 en allebei waren zij joods. Izaäk was ter wereld gekomen op 2 december 1904, als zoon van (ook een) Eliazer Feitsma (Leeuwarden, 15.2.1875 – Leeuwarden, 15.3.1940: 65) en Rachel de Jong (Leeuwarden, 28.7.1877 – Leeuwarden, 6.7.1925: 47). Zijn echtgenote Judith is geboren in Utrecht, op 22 mei 1906 − als dochter, en één van de vier kinderen, van Salomon van der Kaars en Reina Abraham Cohen.
Enkele jaren voor de Tweede Wereldoorlog, op 14 september 1936, ging Izaäk blijkens zijn Amsterdamse persoonskaart alvast in Amsterdam wonen, in de Den Texstraat, op nummer 33 boven. Ruim een maand later voegde Judith zich bij hem, samen met de inmiddels 7-jarige Eliazer. Het gezin vestigde zich bij die gelegenheid op een ander adres, Amstellaan 103 III.
Acht jaar later was vader Izaäk dood. De nazi’s vermoordden hem in Bergen-Belsen, op 28 maart 1944, op 39-jarige leeftijd. Behalve haar man verloor Judith in de oorlog ook haar vader Salomon. Hij stierf in Apeldoorn op 4 april 1943, 64 jaar oud, maar werd begraven in Leeuwarden. Haar moeder Reina was ruim vóór de oorlog al overleden, in Leeuwarden, op 27 oktober 1934, 56 jaar oud.
Eliazer heeft in de oorlog samen met zijn moeder Judith ondergedoken gezeten in Apeldoorn. En volgens Marianne Bont-Sons “zijn ze daar, voor zover in weet, ook bevrijd. Na de oorlog is er altijd contact gebleven met de onderduikgevers. Ik heb die indertijd, na de oorlog uiteraard, ook allemaal ontmoet. Eén van hen heette Hempenius.”
De grootouders van Eliazer: Eliazer Feitsma en Rachel de Jong. |
Weduwe Judith hertrouwde na de oorlog met de weduwnaar Louis Sons. Zij gingen per 22 april 1947 aan de Dubbeldamseweg wonen, op nummer 33 rood (rechts van de donkere auto). |
Hertrouwd
Na de oorlog hertrouwde de weduwe Judith − in Amsterdam, op 29 maart 1946 met weduwnaar Louis Sons. Zijn eerste vrouw, Rebecca Stad (Rotterdam, 2 juni 1911), was omgebracht in Birkenau, op 4 juni 1944, 33 jaar oud. Louis, geboren in Den Haag op 6 november 1907, en Rebecca waren getrouwd in Dordrecht, op 23 maart 1932, hij was toentertijd 24, zij 20. Ze kregen in de vooroorlogse jaren twee kinderen, Carolina Sons (Dordrecht, 11.2.1935) en Marianne (Dordrecht, 10.1.1938). De familie woonde aan de Burgemeester de Raadtsingel, op nummer 23 E (nu: 77), bij opa en oma Stad.
Op 26 april 1946, vier weken na het huwelijk in Amsterdam, ging Judith bij Louis in
Dordrecht wonen, met diens kinderen Carolina en Marianna, op dat familieadres aan de De Raadtsingel. Dat duurde een korte tijd. Daarna zijn zij, volgens de gemeentelijke woonadministratie per 22 april 1947, met z’n allen gaan wonen aan de Dubbeldamseweg, op nummer 33 rood.
Tevoorschijn
In ditzelfde pand, maar dan op nummer 33 zwart, had eerder zijn stiefvader Louis Sons gewoond, in 1942. Of Louis zijn stiefzoon Eliazer had gewezen op het pand, is niet meer na te gaan. Het zou kunnen: Eliazer is in 1947 immers officieel uit VOW tevoorschijn gekomen, hij zocht een woning. [In de bevolkingsadministratie van Amsterdam is trouwens genoteerd dat Eliazer al op 7 mei 1946 uit VOW is gekomen.]
Zoals gezegd: het is onbekend gebleven waar Eliazer tijdens de oorlog zich al die jaren veilig heeft kunnen verbergen. Maar nu de Duitsers verslagen waren, kon hij zijn gewone leven onbelaagd hervatten. Bijna vier maanden later verliet hij Dordrecht, op 15 augustus 1947 − na eerst nog in de fotozaak van Beerman geposeerd te hebben voor een persoonsfoto. Die foto werd gemaakt op 22 maart 1947. Dit duidt erop dat Eliazer zich veel eerder door Dordrecht bewoog, en dat komt weer overeen met de Amsterdamse VOW-gegevens.
Eliazer trok naar Scheveningen, waar hij een woning betrok aan de Gevers Deynootweg, nummer 194. Dit was voor hem een alleszins vertrouwd adres: zijn moeder Judith woonde er ondertussen, samen met haar tweede man Louis Sons.
Eliazer (nu Eddy hetend) en zijn vrouw |
Eddy Feitsma is op 19 juli 1987 overleden in Brussel. |
Scouting
Hoe is het Eliazer, ook wel Eddy genoemd, nadien vergaan?
Hij is nog slechts enkele jaren in Nederland gebleven, zoveel staat wel vast. Want op 4 november 1952 trouwde hij in Israël, in Tel-Aviv-Yaffo, met de eveneens uit Nederland geëmigreerde Jetty (‘Jetje’) Härtz. Eliazer was toen 23, zij 22. Jetje is op 6 augustus 1930 geboren in Harderwijk, als dochter van Benjamin (‘Benny’) Hartz en Roosje Meiboom.
Behalve Jetty kreeg dit echtpaar, dat trouwde op 27 juli 1929 in Hoogeveen, nog twee kinderen: Betje en Harry. Vader Härtz had in Harderwijk een manifacturenzaak op de Markt, het gezin woonde boven de winkel, aldus de website ‘Scouts in de oorlog’. Jetje en Betje werden lid van de meisjesscoutinggroep Redoz (Recht Door Zee) in Harderwijk. Het gezin Härtz heeft de Holocaust overleefd. Vader, moeder en hun zoontje Harry konden onderduiken in Zwolle, Jetje en Betje in Elburg, op twee verschillende adressen.
Na de oorlog keerde het gezin terug naar Harderwijk. Jetje en Betje meldden zich weer bij de scouting.
In Israël hebben Jetje en Eliazer één kind gekregen: Rachel Warda Feitsma. Zij trouwde met Ronnie, meldt de joods-genealogische website van Max van Dam, en kreeg met hem de kinderen Michal en Ofer.
De ouders Jetje en Eliazer zijn inmiddels gestorven: Jetje als eerste op 13 april 1985 (54), in Israël. Eliazer, accountant van beroep, stierf in Brussel, op 19 juli 1987 (58).
Louis Sons, de stiefvader van Eliazer, is in Den Haag overleden, al op 10 augustus 1980. Hij is 72 jaar oud geworden. Zijn vrouw Judith is veel ouder geworden, liefst 92 jaar. Zij stierf, eveneens in Den Haag, op 8 april 1999.
Stiefbroer
Marianne Sons (Dordrecht, 10 januari 1938) is de ene dochter uit het eerste huwelijk van Louis Sons, de andere is Carolina (11 februari 1935). Marianne, ook Janneke of Marian genoemd, heeft desgevraagd meer informatie gegeven over haar stiefbroer Eliazer – die zij Eliezer noemt en liever nog Eddy.
In december 2023 schreef Marian de redactie van deze Dordtse Stolpersteine-website dat zij “een heel goede relatie” had met Eddy en graag iets over hem vertelt, vooral over zijn tijd in Israël. “Hij voelde voor mij als een broer, een stiefbroer in feite, heel dierbaar.” Ook heeft Marian “bijna dagelijks contact” met de dochter van Eliazer, Varda.
Haar vader Louis hertrouwde zoals gemeld na de oorlog, in 1946, met de weduwe Judith van der Kaars.
“Korte tijd hebben zij op de Burg. De Raadsingel 23e gewoond. Daarna op de Dubbeldamseweg. Eddy heeft korte tijd op de hbs in Dordt gezeten. Daarna is de hele familie naar Scheveningen verhuisd. Daar heeft Eddy eindexamen gedaan op het Maerlantlyceum. Vervolgens moest hij in dienst. Zoals veel joodse jongens van zijn leeftijd vond hij dat vreselijk. Ze hadden net de onderduik overleefd en zouden zich nu moeten laten doodschieten in Nederlands-Indië! Eddy is vervolgens naar Engeland op hachshara gegaan. Daar heb ik zelfs een foto van. Hachshara was een voorbereiding op wonen in Israël.”
Vanuit Engeland is Eddy naar Israël vertrokken, waar hij Jetty Härtz leerde kennen, met wie hij zou trouwen. Jetty is tientallen jaren later in 1985 overleden, haar man Eddy in 1987.
Marian Sons verduidelijkt dat Eddy niet in Israël is gestorven, maar er wel is begraven. “Hij was ernstig hartpatiënt en in Israël wilden ze hem vanwege zijn leeftijd en misschien ook zijn conditie niet meer opereren. Hij is toen naar Brussel gereisd, omdat het daar nog wel zou mogen. Eddy is echter nog voor de operatie in Brussel overleden en daarna teruggebracht naar Israël.”
Twee foto’s van Eliazer (ofwel Eddy) Feitsma, afkomstig uit het familiealbum van Marianne Bont-Sons. De ene foto toon Eddy in Engeland, waar hij in 1949 op hachshara was. Op de andere staat hij met zijn Nederlandse bruid Jetty (‘Jetje’) Härtz, met wie hij op 4 november 1952 in Israël trouwde. |
Grafrede
Marian stuurde met haar e-mails de grafrede mee die Daan van Creveld – “een goede vriend” van Eddy en ook een Nederlander – heeft uitgesproken.
Deze toespraak wordt hier volledig geciteerd, omdat deze veel belangwekkende gegevens bevat over Eddy’s Israëlische leven. Curieus is dat in de rede 24 juli als sterfdatum wordt genoemd, terwijl het 19 juli is.
“Eddy Feitsma, die 24 juli j.l. overleed, behoorde tot die groep Nederlands oliem die op jonge leeftijd zeer kort na de oprichting van de Staat Israël op aliya kwamen. Al in 1950 treffen wij Eddy aan in één van de eerste pilotencursussen. Toen in de loop van de cursus bleek dat een baan als piloot niet voor hem was weggelegd, bleef hij de luchtmacht trouw bij de meteorologische dienst als forecaster. Verschillenden die later carrière zouden maken in de toen nog prille luchtmacht, waren Eddy goed bekend.
“Het was in die tijd dat Eddy zijn studie als accountant begon en min of meer tezelfdertijd in het huwelijk trad met Jetty Härtz. Het waren twee momenten die het leven van Eddy zouden kenmerken: zijn vak als kundig accountant en het harmonieuze huwelijk. Voor zijn vrienden was het niet alleen Eddy, maar Eddy, Jetty en hun dochter Varda. Na geruime tijd werkzaam te zijn geweest bij een grote accountantsfirma, volgde een lange periode als internal controller bij een bekend verzekeringsbedrijf.”
Irgoen
Eerst op latere leeftijd ‘ontdekte’ Eddy de Irgoen Olei Holland (Israëlische vereniging van Nederlandse immigranten en hun gezinnen, red.), vervolgde Van Creveld. “Toen Eddy enkele jaren geleden tot het hoofdbestuur toetrad als penningmeester, bleek hij van onschatbare waarde te zijn met zijn adviezen, die gefundeerd waren op zijn rijke ervaring en grote deskundigheid op financieel gebied. Eddy was zeer outspoken, iemand die geen blad voor de mond nam en misstanden te lijf ging met brieven tot aan de hoogste instanties. In elk opzicht mag men zeggen dat Eddy een bijzonder dapper mens was.
“Dit bleek ook toen Eddy’s gezondheid al op vrij jonge leeftijd te wensen overliet. De moed waarmee hij de dood tijdens de verschillende stadia van zijn ziekte gedurende de afgelopen twintig jaar tegemoetzag, was niet alleen spreekwoordelijk, maar schonk ook vertrouwen en diende als voorbeeld voor allen die hem van nabij kenden. De grootste crisis kwam echter twee jaar geleden, toen Jetty, Eddy’s trouwe echtgenote, vrij onverwachts overleed.
“Toch leek het dat Eddy met zijn grote kracht ook deze ramp te boven zou komen. De onverschrokkenheid waarmee hij ook in de afgelopen weken de dood voor de zoveelste keer in de ogen keek, leek ons daar een goed bewijs van. Totdat ook deze innerlijk zo sterke man ten slotte het onvermijdelijke moest aanvaarden. Voor ons bij de Irgoen Olei Holland zal Eddy een voorbeeld blijven van een man in wiens karakter solide Nederlandse mentaliteit, oprechtheid en bovenal uitzonderlijke moed, samenvloeiden.”
< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'