Het voorbije joodse dordrecht
Dordtse Barend Benedictus is
gered door zijn arische vrouw
* Tweede gezin van Leentje vermoord in Auschwitz
* Persoonsbewijs Barend Benedictus in Haags Museon-Omniversum
De arrestantenkaart van de Gemeentepolitie in Rotterdam waarmee de zoektocht begon: |
Wie de arrestantenkaart ziet, laat bijna alle hoop varen.
Barend Benedictus, geboren in Dordrecht op 16 november 1894, heeft volgens dat document Den Haag als woonplaats: zijn huis staat aan de Weteringkade 48. Hij is joods, dus hij heeft het ergste te vrezen – dat hij wordt opgepakt en afgevoerd.
Barend Benedictus wórdt ook gearresteerd, door de Sicherheitspolizei. Waar ze hem hebben gevonden – thuis of op een onderduikadres – vertelt de arrestatiekaart niet. Alleen nog dat hij op 16 oktober 1943 is ingesloten in het Huis van Bewaring in Rotterdam. Dat valt te verklaren: de Gemeentepolitie van Rotterdam opereerde regionaal. Zodoende kwam de Haagse Benedictus in Rotterdam terecht, én zijn kaart in het Rotterdamse Stadsarchief. Zoiets.
En dan volgt op de kaart die mededeling die de lezer de hoop ontneemt: Barend Benedictus wordt op 11 december 1942 “overgebracht naar Westerbork”. Kamp Westerbork – dat was het voorportaal van de dood. Vandaar reden wekelijks lange goederentreinen naar de Duitse vernietigingskampen.
Nader onderzoek naar zijn lot brengt echter iets totaal anders aan het licht: Benedictus heeft het gered. Deze geboren Dordtenaar is erin geslaagd te ontsnappen aan de gruwelen van de nazi’s. Hij is 81 jaar oud geworden en ‘gewoon’ begraven, kort na zijn overlijden op 8 augustus 1976, op de joodse begraafplaats in Muiderberg.
In dit verhaal: de ‘herontdekking’ van Barend Benedictus.
Oorlogserfgoed
Achteraf gezien had de eerste constatering al veelbetekenend moeten zijn.
Dat zit zo. In oktober 2021 werd de website Oorlogsbronnen.nl gelanceerd. Die is de “centrale online-toegang” tot het “oorlogserfgoed” dat meer dan 250 organisaties beheren: miljoenen originele foto’s, objecten, brieven, administraties, dagboeken, affiches, krantenberichten, filmbeelden, et cetera. Die geschiedenis van de oorlog lag eerst verspreid verscholen; de website koppelt alles aan elkaar. Op die manier is zij “het startpunt” geworden voor iedereen “die meer wil weten over de Tweede Wereldoorlog”, én voor onderzoek.
Ook de redactie van deze Dordtse Stolpersteine-website raadpleegt geregeld de website. En zo, op een dag zoekend via het steekwoord ‘Dordrecht’, dook opeens ene Barend Benedictus op. Met op zijn arrestatiekaart de ontgoochelende mededeling dat hij was opgesloten in Westerbork. De website ‘Oorlogsbronnen.nl’ had de kaart, die wordt getoond, blijkbaar niet goed gelezen, want de pagina over Benedictus sluit af met deze zin: “Op datum onbekend is Barend Benedictus getransporteerd naar Westerbork.” Die datum wordt evenwel gewoon vermeld. Maar dit terzijde.
De arrestantenkaart bevreemdde de redactie. Want als iemand vastzit in Kamp Westerbork, was de redenering, is de kans groot dat diegene op zekere dag per trein is vervoerd naar een concentratiekamp. Maar op de gezaghebbende website Joods Monument − waarop alle Nederlandse Holocaustslachtoffers worden genoemd en herdacht − komt de naam van Barend Benedictus verbazingwekkend genoeg niet voor. En daardoor staat hij ook niet op de Dordtse Stolpersteine-site − die immers op ‘Joods Monument’ is gebaseerd en die zowel de in Dordrecht geboren als de in de oorlog in Dordrecht verblijvende joden in kaart brengt.
Wat is er aan de hand? Waar is Barend Benedictus dan gebleven, nadat hij in Westerbork was opgesloten? Dat hij niet voorkomt op websites die omgebrachte joden in kaart brengen, was dus achteraf al veelzeggend. Maar wat was er dan wél gebeurd? Een digitale speurtocht werd in gang gezet.
Tegenwoordig is huis 3 nummer 1-11a van de Voorstraat, maar in de vorige eeuw was het vermoedelijk het pand over de Boomstraat, boven de onderdoorgang midden op de foto. De foto is gemaakt in de jaren zestig of zeventig. |
Echtscheiding
Eerst wordt hier Barend geïntroduceerd.
Van wie is hij er een? Zijn vader is de koopman Levie Benedictus, geboren in Rotterdam op 27 april 1868. Zijn overlijdensdatum is onvindbaar. Zijn moeder is Leentje Schenk, geboren in Schoonhoven op 15 oktober 1869. Zij is overleden in Den Haag op 4 juni 1930, op 66-jarige leeftijd. Maar niet als de echtgenote van Levie Benedictus, zoals Levie zelf niet meer de man was van Leentje. Het echtpaar is namelijk uiteengegaan; daarover verderop meer.
Levie en Leentje trouwen op 4 november 1891 in Schoonhoven. Hij is 23, zij 28. Ze gaan in Dordrecht wonen, in huis 3 op de Voorstraat.
[De Dordtse archiefonderzoekster Erica van Dooremalen heeft de bouwgeschiedenis van dit pand uitgezocht. Ze meldt dat ter plekke alles vrijwel onherkenbaar is veranderd, Voorstraat 3 is nu een onderdeel van Voorstraat 1-11A. Op de plaats van Voorstraat 3 stond lange tijd de branderij van de firma Gips, in de buurt van het Melkpoortje.
Van Dooremalen: “In 1888 wordt de branderij verkocht aan Th.J. Tijssens. Deze verkoopt het in 1891 aan A.H. Kuipers. De branderij met pakhuis wordt in 1893 gesplitst en herbouwd. De branderij aan de Merwekade wordt een apart perceel (G 2046). En een nieuw huis met bovenwoning wordt ook een apart perceel (G 2047). Dat zal Voorstraat 3 zijn geweest. Het pand is gebouwd door C. van den Hoogenband.”
Ze stuurt een foto mee, uit de beeldbank van het Regionaal Archief Dordrecht, gemaakt ergens tussen de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Die opname, zie hiernaast, laat de Voorstraat zien vanaf het Melkpoortje. In het midden rechts is een onderdoorgang te zien, die nu is verdwenen.]
Barend Benedictus werd op 16 november 1894 om 08 uur geboren in huis 3 van de Voorstraat, aldus de geboorteakte. |
Leentje Schenk, de vrouw van Levie Benedictus, trouwt na de echtscheiding in Den Haag met Joël Juliard en krijgt met hem twee kinderen: Hanna en Elisabeth. Met hen en met haar eigen zoon Barend vertrekken ze naar San Francisco. |
Terug in Nederland overlijdt Leentje |
Hertrouwen
In 1894 baart Leentje een tweede kind, Barend, op 16 november 1894.
Enkele maanden later verlaat het gezin Dordrecht. Op 15 februari 1895 wordt het ingeschreven in Amsterdam. Eerst woont het kort in de Leidschestraat 19, daarna in de Deijmanstraat 6 en aan de Elandsgracht, op nummer 11. Per 1 mei heeft ook Amsterdam weer afgedaan, nu volgt Rotterdam, het adres wordt Hoogstraat 169a. En daar gaat het in meerdere opzichten mis, blijkt uit de bevolkingsadministratie.
Hun dochter Maartje overlijdt, op 27 februari 1897. Ze is drie jaar oud geworden. Vier maanden later, op 9 juni 1897, vertrekt vader Levie naar Antwerpen. Dat is de inleiding tot een echtscheiding, die officieel wordt per 21 februari 1898. Later dat jaar, op 28 december 1898, hertrouwt Leentje, inmiddels 35, in Den Haag met de 28-jarige joodse kantoorbediende Joël Juliard (Den Haag, 26 december 1870). Samen gaan ze in de Tweede Adelheidstraat wonen, op nummer 252. Barend Benedictus wordt behuwd zoon.
Wat gebeurt er vervolgens? Met haar tweede echtgenoot verhuist Leentje naar Rotterdam. Daar worden twee kinderen geboren, twee meisjes: Hanna (28 juli 1900) en Elisabeth (22 februari 1902). Het gezin gaat nu, inclusief Barend Benedictus, naar San Francisco. En op 11 juli 1906 keren ze daarvandaan terug en gaat de familie in Den Haag wonen – op verschillende adressen.
Leentje Juliard-Schenk overlijdt in Den Haag, op 4 juni 1930, 66 jaar oud. Op 26 januari 1932 vertrekt haar man Joël naar Brussel, en verdwijnt daarmee uit het zicht. Eerder waren ook Hanna en Elisabeth al naar Brussel geëmigreerd, op respectievelijk 22 september 1919 en 24 maart 1925. Wat de Juliards aantrok in België is niet vast te stellen (zie verder het kader).
Levie, de vader van Barend, hertrouwt ook, op 26 mei 1909 in Rotterdam met de geboren Parisienne Paola Emilie Biachez. Levie pendelde voordien regelmatig heen en weer tussen zijn geboortestad Rotterdam en België, waarschijnlijk vanwege zijn beroep (koopman, later filiaalhouder). Zijn kaarten in het Rotterdams archief getuigen van zijn komen en gaan. |
Onvindbaar
En Levie, de vader van Barend, waar is hij gebleven?
Ook hij begaf zich vanuit Rotterdam weer naar België, nu naar Gent, voor het eerst op 21 juli 1903. Dat blijft zo heen en weer gaan. Op 1 december 1906 meldt Levie zich in Amsterdam vanuit Brussel, op 5 juli 1907 vertrekt hij vanuit Amsterdam terug naar Brussel. Op 26 mei 1909 bevindt zich ineens weer eens in Rotterdam, en trouwt daar, 41 inmiddels, met de 28-jarige, rooms-katholieke Paola Emilie Baichez, geboren in Parijs op 7 mei 1881.
Paola is al moeder, van Emilie Marquerite Leonie, geboren in Amsterdam op 8 oktober 1906. In de Rotterdamse bevolkingsadministratie krijgt Emilie als achternaam Benedictus, want zij is “erkend”. Het gezin vertrekt op 6 januari 1911 naar Rijssel, en ook zij zijn daarna niet meer vindbaar. Van Barends vader Levie is om die reden geen overlijdensdatum te achterhalen.
Barend Benedictus trouwt in mei 1937 met Justina Beudeker. Zij is een Groningse, geboren in Winschoten op 17 augustus in 1901 (zoals de ‘Winschoter Courant’ meldde op de 26 augustus. |
Hervormd
Terug naar Barend, de hoofdpersoon van dit verhaal.
Hij trouwt, winkelier zijnd en 42, op 19 mei 1937 in Den Haag met de 35-jarige verpleegster Justina Margaretha Beudeker, geboren in Winschoten op 17 augustus 1901. Barend woont al vanaf 10 juni 1929 in Den Haag, voordien in Voorburg. Hij is koopman in elektrische artikelen en gloeilampen. En tamelijk rusteloos: vanaf zijn komst naar Den Haag in 1929 heeft hij tot en met 23 april 1937 op liefst veertien adressen gewoond.
Ze staan uiteraard allemaal vermeld op zijn gezinskaart. Die kaart laat nog iets zien: bij Barend is op een gegeven moment een streept gehaald door zijn geloof (N.I.), en vervangen door “geen”. Bij Justina is het kerkgenootschap gewist. Maar een aanwijzing is misschien de godsdienstige richting van hun dochter Helena, die op 15 maart 1937 is geboren in Leiden: Nederlands Hervormd.
Die datum is opvallend, omdat zij dus eerder is geboren dan haar ouders trouwden: 15.3.1937 tegen 19.5.1937. De Haagse gezinskaart van Justina zelf verduidelijkt dit enigszins: het meisje Helena, staat er, is “erkend 4-5-’37 alhier door Benedictus Barend”. Een kind erkennen betekent niet automatisch dat de vader de biologische is. Wat zich precies rond Helena heeft voorgedaan, is onbekend − net als bij Emilie, de dochter van Barends vader Levie.
Justina Beudeker gaat bij Barend Benedictus in Den Haag wonen, |
Barend wordt in oktober gearresteerd en vanuit het Huis van Bewaring aan de Noordsingel naar Kamp Westerbork gebracht, op 11 december 1942, aldus zijn (tweede) arrestatiekaart uit het archief van de Gemeentepolitie. |
Opgepakt
En dan breekt ook in Nederland de oorlogstijd aan, in mei 1940. Kort daarvoor, op 9 april, was Barend in Den Haag met zijn gezin op alweer een ander adres gaan wonen, nummer 48 van de Weteringkade. Toen de Sicherheitspolizei hem in oktober 1942 arresteerde, werd zijn adres foutief genoteerd: in de niet-bestaande Deterdingkade 42. Dat is naderhand verbeterd.
Op 16 oktober 1942 wordt Barend ingesloten in het Huis van Bewaring aan de Noordsingel in Rotterdam, op 11 december gaat hij naar Kamp Westerbork.
Het merkwaardige nu is, dat op de Amsterdamse persoonskaarten van zowel Barend als zijn vrouw Justina staat, dat zij op 15 februari 1943 in Amsterdam aan de Grensstraat zijn komen te wonen, op nummer 31 II. Bij Barend staat nog iets extra: op 12 juli 1943 is hij naar “Duitschland” gegaan. Ambtelijke gegevens zijn doorgaans gründlich. Dus op basis hiervan én de melding dat hij naar Westerbork is overgebracht, ontstond de indruk dat Barend in een vernietigingskamp terecht is gekomen.
Over het lot van zijn vrouw en dochter ontbreekt aanvankelijk elk feit, maar als niet-joden zullen zij waarschijnlijk gesperrt.
Drie kaarten uit de cartotheek van de Joodsche Raad van Barend Benedictus. Ze beschrijven in detail wat er rondom hem gebeurde, dit vooral omdat hij een arische vrouw had, Justina. |
Arolsen
Maar is Barend Benedictus ook werkelijk vermoord? Is daarover documentatie te vinden?
Dat blijkt niet het geval. Nergens wordt zijn overlijden gemeld. Pas als de speurtocht zich op Bad Arolsen richt, naar het omvangrijke Duitse archief van nazi-slachtoffers, wordt duidelijk waarom de dood van Barend niet is geregistreerd. Hij is in leven gebleven.
In het Arolsen-archief zijn ook de (gedigitaliseerde) kaarten te vinden die de Joodsche Raad bijhield over joodse Nederlanders. Over Barend zijn er verschillende, en drie ervan zijn nogal druk beschreven, zie de afbeeldingen hiernaast. Kort samengevat valt dit te reconstrueren: Barend belandde in Barak 67, maar werd op 9 januari 1943 “ontslagen” uit Westerbork, met als reden: “gem. huwelijk met kind”. Hij is met andere woorden vrijgelaten omdat hij met een niet-joodse vrouw was getrouwd.
Wat dat “gemengd” betreft: op 18 december 1942 valt er te lezen dat er “ariërpapieren” plus “fotocopie trouwboekje, geb.bew. Helena en bewijs Isr. Gem.” zijn opgevraagd. Op 21 december is er weer een notitie over “afstammingspapier v. arische vrouw”. Op 29 december wordt er “nochmals” om een “negativattest” gevraagd bij de JR, op 30 december zijn er “10 documenten uitgereikt”. En op 18 januari volgt de mededeling dat Barend op de 19de wordt ontslagen.
Hij mocht naar huis. Hij was schijnbaar gered.
Barend keert terug naar Amsterdam, per 15 februari 1943, en gaat volgens de Amsterdamse gezinskaart met vrouw en dochter in de Grensstraat wonen, op nummer 31 II. Volgens dezelfde kaart is hij daarna op 12 juli 1943 naar Duitsland gedeporteerd. Is dat zo, of dook hij onder en weet de gemeente dit niet? Dit raadsel is niet opgelost kunnen worden. |
In dit hoekpand (nummer 31), op de hoek van de Burmandwarsstraat en de Grensstraat, |
Duitschland?
Waarom schijnbaar? Op zijn persoonskaart staat dat Barend per 15 februari 1943 ging wonen aan de Grensstraat 31 II. Maar op 12 juli 1943, krap vier maanden later, zou hij volgens die kaart alsnog naar “Duitschland” zijn gedeporteerd.
Is dat ook werkelijk zo gegaan? Dat valt niet te achterhalen. Er is in archieven of op websites niets over gevonden. Geen snipper.
Het enige dat vaststaat is dat Barend op 11 mei 1944 weer als wonend op zijn oude adres aan de Grensstraat is genoteerd. Terug uit Duitsland? Of zat hij tussendoor ergens in de onderduik?
Barend Benedictus is tot ver na de oorlog in de Grensstraat blijven wonen, samen met zijn vrouw Justina, die in 1957 is overleden, op 21 april, 55 jaar oud. Pas op 17 juni 1970, 25 jaar na de vrijding later, verhuisde Barend Benedictus weer eens, naar de Roeterstraat 2. Op 3 maart 1971 betrok hij opnieuw een andere woning, nu aan de Henri Polaklaan, op nummer 10. Dat werd zijn allerlaatste adres: hij stierf op 8 augustus 1976, op 81-jarige leeftijd. Barend Benedictus is begraven over de joodse begraafplaats in Muiderberg, Waar zijn vrouw ter aarde is besteld, is niet openbaar gemaakt.
De enige van het gezin die nog over was, was Helena. Zij is op 2 oktober 1963 getrouwd met een zekere F. van Goch. Er is alle moeite gedaan om dit paar via uiteenlopende openbare bronnen te vinden, al was het maar om bijvoorbeeld een foto van haar Helena’s ouders te komen. Maar alle pogingen strandden.
Barend Benedictus overleed op 8 augustus 1976 in Amsterdam, 81 jaar oud (meldt ‘Het Parool’ op de twaalfde). |
Tweede gezin van Leentje Joël Juliard − de echtgenoot van Leentje Schenk die de eerste vrouw was van Barend Benecitus − is samen met hun twee dochters Hanna en Elisabeth én zijn kleindochter Jeanette vermoord in Auschwitz, kort na elkaar in augustus 1943.
Staatsblad
Eerste
|
Persoonsbewijs Barend Benedictus In de collectie van het Haagse Museon-Omniversum blijken zich de persoonsbewijzen te bevinden van de joodse Dordtenaar Barend Benedictus en zijn niet-joodse echtgenote Justina Margaretha Beudeker. Dit is bij toeval ontdekt, toen de redactie van deze Dordtse Stolpersteinewebsite deze collectie eens doornam. Koopman Gemengd gehuwd
|
< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'