Het voorbije joodse dordrecht

Cäcilie Kahn werkte kort als
huishoudster in Dordrecht

Verlovingsadvertentie van Cäcilie Kahn en Kurt Josef Waller op 24 oktober 1941

Van Cäcilie Kahn is nergens een persoonsfoto gevonden.  Daarom wordt hier volstaan met de advertentie waarmee zij en Kurt op 24 oktober 1941 in ‘Het Joodsche Weekblad’
hun verloving bekendmaakten.
Foto Website ‘Delpher’

Van Bleijenburgstraat nummer 11

In het middelste pand in de Van Bleijenburgstraat,
op nummer 11 en hier in huidig gedaante,
was de (boven)woning van Cäcilie in haar Dordtse periode.
Foto Google Streetview

Nog in hetzelfde jaar dat zij trouwen, in 1942 in het Hilversumse raadhuis, is hun huwelijksgeluk alweer voorbij.
        Op 18 maart 1942 huwt de joodse Duitser Kurt Josef Waller met zijn al even joodse landgenote Cäcilie Kahn. Hij is 32 en afkomstig uit Nörten, zij is 29 en geboren in Bingen. Kurt heeft in Hilversum en Amsterdam gewerkt als stoffeerder, auf Deutsch: polsterer. Cäcilie is huishoudster geweest in zowel Rotterdam als Dordrecht.
        Toen zij elkaar hun ja-woord gaven, gebeurde dat in afwezigheid van hun beider ouders. De vader van Kurt (Hermann Waller) was al overleden, zo ook de vader van Cäcilie, Emil Kahn. Maar de moeder van Kurt, de weduwe Bertha Waller-Kahn, had vooraf schriftelijk toestemming gegeven voor het huwelijk, blijkens de notariële verklaring die bij de plechtigheid werd overlegd. Zelf bleef zij thuis. Blijkbaar was ze niet in staat om de bruiloft bij te wonen, of misschien durfde ze niet in deze oorlogstijd. Bertha woonde nog wel in Hilversum in hetzelfde huis als tot voor kort haar dochter en schoonzoon, op nummer 32 van de Huygensstraat.
        Aan het eind van datzelfde jaar tekent zich ook het einde van hun levens af. Het echtpaar is per 4 augustus 1942 gedwongen te verhuizen naar Amsterdam, moeder Bertha, bijna 60, zal ze vergezeld hebben. En daar breekt de dag aan dat zij gedrieën worden gearresteerd en afgevoerd − los van elkaar, en misschien ook wel zonder dat zij van elkaars lot wisten.
        Bertha is de eerste die wordt vermoord, in Auschwitz in 1943. Haar schoondochter Cäcilie eindigt daar ook, 10 maanden later. Kurt is de laatste wiens leven moedwillig wordt beëindigd, in Warschau, in 1943.
        In dit verhaal: het korte verblijf van Cäcilie in Dordrecht, en alle narigheden die daarna volgden.

Rotterdamse woningkaart van Cäcilie

Uit deze Rotterdamse woningkaart van Cäcilie, voor- en achterzijde, blijkt dat zij op 26.2.1938 in Dordrecht is gaan werken, in de Adriaan van Bleijenburgstraat 7, en dat zij op 11.1938 terugkeerde naar Rotterdam.
Foto’s Gemeentearchief Rotterdam

Broertje
Cäcilie is als dochter van Emil Kahn en Elisabetha (‘Else’) Mayer, op 21 oktober 1912 geboren in Bingen am Rhein, een kleine stad van (tegenwoordig) 25.736 inwoners in de West-Duitse deelstaat Rijnland-Palts. Na haar krijgen haar ouders nog een kind, haar broertje Friedrich-Jakob Kahn, op 28 februari 1925. Het gezin woont in Schollenbergstraat, op nummer 55. Vader Emil is in Bingen geboren, op 26 augustus 1800, zijn echtgenote Else komt uit Dromersheim, waar ze op 26 juli 1889 ter wereld kwam.
        Het is vanuit Bingen dat dochter Cäcilie op 25 augustus 1936 in Rotterdam aankomt. Ze is intussen 23 jaar oud en ze gaat in de Schepenstraat, op nummer 82b, aan de slag als hulp in de huishouding. Ze blijft daar werken tot 26 februari 1938, anderhalf jaar. Dan duikt ze op in Dordrecht, waar ze opnieuw als huishoudster aan de slag gaat en gaat inwonen op toenmalig nummer 7 rood (nu: 11) van de Adriaan van Bleijenburgstraat. Ze blijft daar tot 1 november 1938, een kort jaar. Haar Dordtse periode bleef kortom bescheiden.
        Haar volgende adres is weer in Rotterdam, nu op nummer 17c van de Boreelstraat. Ook hier is zij inwonend. Haar Rotterdamse archiefkaart vermeldt niet per wanneer zij deze stad heeft verlaten, maar haar aansluitende Amsterdamse archiefkaart toont aan dat Cäcilie daar op 2 januari 1940 is aangekomen, zo’n 14 maanden later dus. Ze betrekt aan woning aan de Amstel, op nummer 240 huis. Bijna vier maanden later vertrekt ze op 27 april 1940 naar de Eemsstraat, nummer 13 II, vervolgens op 6 mei naar de Kinderdijkstraat 30 huis, op 25 mei naar nummer 32 I van die straat en ten slotte belandt ze in de Dintelstraat, op nummer 55 II, per 13 juli 1942.

Dordtse woningkaart van Cäcilie

En dit is de woningkaart uit haar Dordtse periode, voor- en achterzijde.
Foto Regionaal Archief Dordrecht

Amsterdamse archiefkaart van Kurt

De Amsterdamse archiefkaart van Kurt.
Vanuit Hilversum zijn zij in Amsterdam in de Dintelstraat gaan wonen, op nummer 55 II.
Foto Stadsarchief Amsterdam

Amsterdamse archiefkaart van Cäcilie

De archiefkaart van Cäcilie laat meer adressen zien.
Foto Stadsarchief Amsterdam

Twee advertenties waarin Kurt zich aanprijst

Twee advertenties waarin Kurt zich aanprijst, beide in ‘Het Joodsche Weekblad’, op 31 juli 1942 en 16 oktober 1942.
Foto Website ‘Delpher’

Verloofd
Ondertussen heeft Cäcilie een relatie gekregen met Kurt Josef Waller, een landgenoot die op 26 september 1909 is geboren in Nörten-Hardenburg, in de deelstaat Nedersaksen. Kurt is een zoon van Herman Waller en Bertha Kahn. Waar hij Cäcilie heeft ontmoet, is niet zeker, misschien in Amsterdam. In elk geval woonde hij nog in Hilversum, in de Huygensstraat op nummer 32 toen hij zich op 2 oktober 1941 in Amsterdam verloofde met Cäcilie, die volgens de advertentie in Het Joodsche Weekblad van 24.10.1941 nog woonde aan de Kinderdijkstraat, nu op nummer 32 I.
        Het huwelijk heeft plaats in Hilversum, op 18 maart 1942. Kurt is 32 nu, zijn vrouw 29. Het echtpaar heeft zich blijkbaar in Hilversum gevestigd. Maar dat verblijf is maar van korte duur geweest. Op 13 juli 1942 immers blijken ze teruggekeerd te zijn in Amsterdam, vermoedelijk daartoe gedwongen. Het is aan te nemen dat Cäcilie’s moeder Bertha niet is meegegaan. Over haar, geboren in Paderborn op 29 september 1882 en nu 59 jaar oud, wordt in de huwelijksakte vermeld dat zij “wonende te Hilversum” is, en dat zij per notariële verklaring toestemming voor het huwelijk toestemming geeft.

huwelijksakte van Cäcilie en Kurt

De huwelijksakte van Cäcilie en Kurt: zij trouwden in Hilversum op 18 maart 1942.
Foto Noord-Hollands Archief

Friedrich-Jacob Kahn

De broer van Cäcilie, Friedrich-Jacob, is eveneens in Auschwitz vermoord, als 16-jarige op 30 september 1942.
Foto Website ‘Joods Monument’

Broer
Hoe verging het intussen Friedrich-Jacob, de broer van Cäcilie?
        Op de website ‘Dokin’, die uitsluitend gaat over Duitse oorlogskinderen in Nederland, staat dat hij op 30 maart 1939 via een Kindertransport in Nederland terecht was gekomen, en wel in de Quarantaine-Inrichting Beneden Heijplaat, aan de Quarantainestraat in Rotterdam. Voortdurend werd hij verplaatst, naar het Achterklooster in Rotterdam, naar het Burgerweeshuis in Gouda, naar Amsterdam, naar Driebergen, en als laatste naar het Jongensweeshuis aan de Amstel, op nummer 21.
        Verderop in deze straat woonde zijn zus, op nummer 240 huis. Maar of zij dit van elkaar hebben geweten?
        Friedrich-Jacob is op 30 september 1942 omgebracht in Auschwitz, in de leeftijd van 16 jaar.
        Zijn zus eindigde al op net zo’n mensonwaardige manier, in de gaskamers van Auschwitz, op 30 november 1943. Zij is 31 jaar oud geworden. De man van Cäcilie, Kurt Waller, wordt een maand later vermoord, als 34-jarige op 31 december 1943 in Warschau, in een concentratiekamp daar. En Bertha, zijn moeder, ziet haar leven eveneens beëindigd in Auschwitz, maar al veel eerder, bijna een jaar, op 14 januari 1943. Zij is 60 geworden.

Joodsche-Raadkaarten van Cäcilie en Kurt

De Joodsche-Raadkaarten van Cäcilie en Kurt laten zien dat zij beiden op 7 september 1943 op transport zijn gezet vanuit Kamp Westerbork. Van Kurt zijn drie kaarten gevonden in de archieven.
Foto’s Website ‘Arolson Archives’

concentratiekamplijst

Uit deze concentratiekamplijst blijkt dat Cäcilie is vermoord in Auschwitz, op 21.10.1942;
Kurt ook, maar op 31.12.1943 en moeder Bertha al op 14.1.1943.
Foto’s Website ‘Arolsen Archives’






< Terug naar index 'Verhalen over het voorbije joodse leven in Dordrecht'